De OKAN-klas 2023

Het project.


Als doorgewinterde onderwijsmens dacht ik het allemaal wel te weten. Nu blijkt dat ik het, opnieuw, niet weet. Dat Socrates gelijk had. En ja, het is door mijn eigen toedoen.

Sinds oktober geef ik les in een recent opgerichte OKAN of onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers. Het zijn veelal Oekraïense pubers van 12 tot 18 jaar met een onzekere toekomst. Komt daarbij dat hun onderwijssysteem en manier van les krijgen verschilt met die van ons. Pubers, een extra dikke laag onzekerheid, weggerukt uit hun land en grote culturele verschillen. Het maakt de uitdaging eens zo groot. In de grootsteden heb je deze uitdagingen al veel langer, toch merk ik een verschil tussen diegenen die beseffen dat ze hier zullen moeten blijven voor langere tijd en zij die hopen snel terug te kunnen. Dat laatste weegt extra op de motivatie om de taal te leren. Tot slot moet het zo’n twaalf jaar geleden zijn geweest dat ik nog voor pubers stond, van les geven aan volwassenen die ervoor kiezen om iets bij te leren, overstappen naar pubers die moeten bijleren, is een heel ander gegeven.

Om de lerende motivatie te verhogen en hen op een speelse manier de taal aan te leren startte ik op de vrijdagnamiddagen met een project; een Podcast met verhalen van hen door hen verteld, in het Nederlands uiteraard.

Ik geef les aan twee groepen: zij die snel leren en zij die trager leren, samen met zij-instromers. Sinds ze met meer dan twintig zijn konden we de groep splitsen. Er zijn twee op het schooldomein tegen elkaar geplaatste containerklassen, dus praktisch was het mogelijk.

Die manier van verdelen was een bewuste keuze, toch blijkt de samenstelling met groep twee geen succes. Het lijkt alsof enkele speelvogels, die je in elke klas wel hebt, niets meer willen bewijzen en juist die soort verdeling een omgekeerd effect heeft. Mits je een keiharde discipline toepast, opdat er wel gewerkt en opgelet wordt. En laat dat niet mijn leerkrachtenstijl zijn. Ik ben eerder iemand zoals Bart Cannaerts - de minst strenge quizmaster ter wereld. Pruttelen ze wat tegen ben ik eerst streng, maar vind ik dat ze eigenlijk een goed argument hebben, dan geef ik snel toe.

Het project kreeg een moeizame start. Omdat de collega-techniek in ouderschapsverlof ging, nam ik de groepen een hele namiddag samen, waarbij een andere collega me zou ondersteunen. Zolang zij er niet te veel voorbereiding in moest steken, want ze gaf al fulltime les en anders zou het niet haalbaar zijn. Wat ik begreep. Het was mijn idee en ik moest het toch voorbereiden. Ik werkte het zo goed als ik kon in fasen uit: met eerst een Podcast leren kennen, dan hun fantasie triggeren, brainstormen, materialen onderzoeken, het verhaal verder uitwerken als één grote compositie en tot slot opnemen en bewerken.

Waar ben je mee bezig?


Sommigen hadden al goede ideeën samengesprokkeld, doordat ze een voorwerp mochten meenemen en daarover iets moesten vertellen. Klasgroep twee echter zag er het nut niet van in, zij kregen op vrijdagnamiddag normaal techniek en waren duidelijk niet geïnteresseerd in een podcast maken.

“Waar ben je mee bezig?” Vroeg op een gegeven moment een van de leerlingen met zijn vertaalapp. Een jongen die ik graag heb, die duidelijk weet wanneer hij moet opletten en ondanks de moeilijke taal tracht bij te blijven. Hij vertelde me al van in het begin dat hij liefst wil leren lassen. Iets waarbij ik hem graag de kans toe wil geven.

Ik heb het gevoel dat het beter werkt de taal te leren door zo snel mogelijk ondergedompeld te worden in een reguliere klas. Zeker daar waar er vaardigheden worden aangeleerd én men werkt met flexibele trajecten, waardoor er naast het gewone curriculum extra taal-uren vrijkomen, dit mits de nodige ondersteuning en vervolgcoaching.

Voor sommigen zou dat al heel wat tijd en moeite besparen. Maar voor vakken zoals geschiedenis, aardrijkskunde en biologie bijvoorbeeld is er wel een brede basis Nederlands en schooltaal nodig. Zij leren in een OKAN-jaar gemiddeld een 2000 tot 3000 woorden, terwijl een doorsnee handboek al snel 15 000 woorden telt. Eerst dus die taal. 

 



Een erg confronterend en eerlijk berichtje van deze jongen dus. Vooral omdat je net in traag ondersteunend Nederlands en op een opdrachtenblaadje hebt uitgelegd dat ze per groepje aan een idee moesten werken. Als je daarna nog niet duidelijk genoeg bent geweest, dan zakt de moed je in de schoenen. Voor het grootste deel werkte het niet. Op een enkele uitzondering na, zoals de recent uit Turkije geëmigreerde jongedame, waarvan haar Nederlands wel al behoorlijk goed is.

In de lessen in de voormiddag, wanneer ik de groepen beurtelings grammatica geef, is het al trekken, sleuren, uitproberen. Nu wilden ze op zo'n vrijdagnamiddag duidelijk andere dingen doen. Toen de co-teacher voorstelde om de klas toch te splitsen leek me dat een goed idee. Zij zou de leerlingen nemen die bij haar origami technieken wilden leren en ik zou verder doen met diegenen die een podcast wilden maken. Van de tweeëntwintig bleef er vijf man bij me en de rest wilde bij haar vliegtuigjes, vlinders en bloemen leren vouwen.

De Turkse jongedame werkte bij me effectief aan de podcast, zij had het idee opgepikt om iets uit te werken rond OKAN voor toekomstige leerkrachten en leerlingen. De rest van het groepje in mijn klas zat bij een jongedame die iets wilde maken rond de oorsprong van hun namen. Toch mooie ideeën. Dit stopte abrupt, wanneer zij een berichtje kreeg dat haar neefje gestorven was. Ik gaf haar ruimte om te rouwen.

De anderen zochten een manier om hun zinnen te verzetten. Spelletjes die ik nog had liggen: “Ja, Neen”, “Taalkwartet Nederlands”, “Pim Pam Pet”, “Wie is het?”. 

Redmiddelen.

Zelfevaluatie.

Ik was op toen die namiddag voorbij was. Maar ik aanvaardde het. Ja, ik ben hun leerkracht Nederlands, niet de leerkracht techniek of de psycholoog die weet hoe hij me zulke dingen moet omgaan. Het zijn schatten van mensen. Die je op de juiste manier wil helpen vormgeven aan hun leven. Ik spartel, ben empathisch en probeer geduld te hebben, veel geduld is nodig.

Wat dit project betreft?  Het is op zich niet slecht om hen via projecten de Nederlandse taal aan te leren en daarbij hen onder te verdelen in diverse rollen. De eerste vrijdagnamiddag had ik hen echt nog mee, de daaropvolgende al een pak minder. Ik denk dat ik teveel met het verhaal en de taal bezig was, het niveau voor hun nog te hoog was om alles te begrijpen en dat ik sneller naar het technische van opnemen moest overschakelen, met duidelijke visuele stappenplannen en bordschema’s.

Het was vlotter gegaan als mijn collega-techniek door een andere techniekleerkracht werd vervangen en ik dit project aan de twee groepen apart had gegeven. Met een kleine groep werkt dit beter, dan met 24 waarvan elke week wel iemand anders afwezig is en je indeling van groepjes per idee, in het water valt.

Ook zullen de speelse werkvormen die ik gebruik werken voor een deel van de mensen en specifieke doelgroepen (in creatief schrijven) die ik gewoon ben, maar duidelijk niet voor iedereen. Misschien had ik beter gewoon een thema meegegeven: verhalen uit je land. En dan per groep hen laten beslissen hoe zij dit willen uitwerken en met welke media (die ik dan allemaal apart met hun uitwerk).

Loslaten tijdens de les, is een belangrijk punt. Als iets niet werkt; kijken en zoeken wat wel werkt.
Ik zal in de les zelf nog meer moeten differentiëren, niet alleen in werkvormen, maar éénzelfde les op verschillende manieren uitwerken en hen laten kiezen hoe zij aan de slag willen om dan door te schuiven naar een ander eiland, zodat ze op diverse manieren ermee leren werken. Dit lukt alleen als ik jaren aan OKAN-ervaring en materiaal gesprokkeld heb. Nu is het zwemmen of verdrinken. En ondertussen heb ik nog een andere parttimejob die ik ook naar behoren wil kunnen doen.

Het was vrijdagnamiddag en ik had weer wat bijgeleerd. Hoe je een groep niet kan managen, als er teveel andere uitdagingen zijn die voorrang krijgen. Dat ik tomeloos veel respect heb voor zij die dit al jaren doen. En ik, dat ik het sowieso volgende keer anders moet aanpakken. Zoekend naar harmonie in plaats van perfectionisme. Naar wat zij uiteindelijk zelf willen binnen de grenzen van het mogelijke.
Hoe exact, is mij nog een raadsel.
Ik weet dat ik niet weet.

It was a skyfall.

Skyfall: het liedje dat een van de Oekraïense leerlingen opzette tijdens de pauze, en waarbij ze tranen in haar ogen kreeg. Zij wil dokter worden.

 


 


Reacties

Populaire posts

Contact

Naam

E-mail *

Bericht *