CVO Manifest

Misschien heb ik wel het meeste geleerd dankzij het volwassenenonderwijs.

Ik heb er leren werken met digitale media, leren koken en leerde er fietsen herstellen toen ik een nieuwe gezonde hobby zocht. Maar ook mijn carrière kreeg een andere wending toen men in de buurt een lerarenopleiding aanbood. 
 
Daarmee startte een nieuw hoofdstuk in mijn leven, dat van onderwijzer of beter dat van mentor en coach voor zij die op weg zijn naar meer inzicht, mezelf incluis. Net zoals een regisseur begeleid je de groep in een verhaal dat je samen opbouwt. 
 
Het bijzondere belang van een centrum voor volwassenenonderwijs (CVO) kan ik vanuit persoonlijke ervaring niet genoeg onderstrepen. Vandaar ook dit manifest voor een gedragen CVO.


 Leraar fietsenmaker aan het werk

Zware weg

De CVO’s hebben het de laatste tijd al hard te verduren gehad. De fusies doorgevoerd, HBO5 (hogere beroepsopleidingen) en de SLO of de lerarenopleiding werden eruit gehaald. Dit uiteraard in het voordeel van de cursist, de opleiding en de hogescholen (die het aantal inschrijvingen zagen toenemen) en naar verluidt ook ten voordele van de educatieve en maatschappelijke waarde van het CVO?

Een fusie of een (nood)gedwongen huwelijk met andere CVO’s werd verplicht omdat de overheid de te behalen minimumnormen van het aantal lesuren cursist verzesvoudigde (zie bron). De CVO’s werden zo groot dat het wel megalomane bedrijven lijken. Wat ze inherent niet zijn.

Wanneer de CVO’s zich nu afdoende organiseren, kunnen ze als onderwijsinstituut binnen alle andere onderwijsmogendheden meer gewicht in de weegschaal leggen en de beroepsgerichte trajecten beter op elkaar afstemmen. Dit kan een voordeel zijn. Ze zijn geen lokaal onderwijs meer met her en der vestigingsplaatsen, maar worden een groot regionaal bastion waar wel degelijk iets te vertellen valt. Dit nu met een aanbod dat daarom niet groter is, maar misschien wel efficiënter verdeeld.

Voorafgaand aan deze hervormingen was het volledig ontnemen van de HBO5-opleidingen en de lerarenopleiding vanuit het CVO-aanbod echter geen doordachte pedagogische zet. Zeker nu steeds meer mensen vroegtijdig het onderwijs verlaten zonder diploma of nieuwkomers zich aanbieden op de arbeidsmarkt. Deze laatste groep zijn vaak (hoog)geschoolde vluchtelingen ouder dan 18 met een diploma dat niet gelijkgesteld wordt aan het onze, waardoor hun zoektocht naar werk nog bemoeilijkt wordt. Gelukkig kunnen ook zij (mits goede afstemming) in na heel wat zoekwerk in een traject terechtkomen dat hen zal helpen aan een job op maat van hun talent.


Samenwerking is beter
 
Het grote verschil met hogescholen en universiteiten is dat de drempel voor zij-instromers nu net zo hoog ligt, met als gevolg dat erg bekwame vakmensen die hun kennis willen doorgeven vanuit de juiste bezieling minder snel  die stap zetten of juist uit de boot vallen door het te academische karakter. 
 
Een goede afstemming en verdeling tussen de expertise van het volwassenenonderwijs op dat vlak (ervaringen van goede leerkrachten voor volwassenen, zo ook op vlak van NT2 of Nederlands als niet-thuistaal) en de inhoudelijk verdieping van de hogescholen, zou ongetwijfeld beter geweest zijn. Beide kunnen elkaar hierin versterken. Maar waarom de lerarenopleiding volledig weggetrokken werd uit het volwassenenonderwijs blijft voor mij een mysterie.

Boeken brengen kennis bij, ervaringen doen groeien, verbindingen doen helen; het is maar waar je als onderwijsinstelling de nadruk op wilt leggen, en door samenwerking kan je net die nadruk verbreden.
 
Ik pleit voor meer samenwerking, over de graden en leeftijden heen zodat de expertise vanuit de verschillende onderwijsniveaus optimaal gedeeld kan worden.

 
Waardevol onderwijs

Gelukkig spelen de CVO ’s zeker nog een belangrijke rol. Dit voor: wie op zoek is naar ontspanning en sociaal contact door iets bij te leren (tegen vereenzaming, depressie, geheugentraining, …), voor zij die zich willen specialiseren in hun vak én voor maatschappelijk kwetsbare groepen. Zij die door het verleden niet in staat waren een diploma te halen (en gelukkig als volwassene wel dankzij het tweedekansonderwijs of TKO) en de nieuwkomers (NT2), die onze cultuur willen leren begrijpen en graag snel willen werken, maar daarvoor eerst de taal machtig moeten zijn.

Een bijkomende uitdaging voor het volwassenenonderwijs is tot slot dat door de hogere pensioenleeftijd, je meer mensen op leeftijd zal hebben die beslissen om zich nog te heroriënteren en nieuwe haalbare uitdagingen zullen zoeken. Het levenslang leren wordt zo nog belangrijker en zal op die manier meer en meer een onderdeel worden van een sterk evoluerende maatschappij.

 Het CVO blijft van enorme maatschappelijke waarde en kan dat nog meer worden.


Les NT2

Onlangs kwam tijdens de trajectbegeleiding een jongeman met ASS (autismespectrumstoornis) naar me toe met de opmerking dat hij hier al veel meer geleerd had op een half jaar tijd dan in de zes jaar dat hij op het BUSO zat. Ik vroeg hem hoe dat kwam.

"Omdat deze leerkrachten, ook al geven ze toe minder ervaring te hebben met het werken met mensen met leer- en ontwikkelingsstoornissen, tijd nemen om te luisteren, me te begrijpen en er ook echt zijn."

Dit gaf me koude rillingen. Hij sprak eerlijk. Misschien is hij er nu ook meer klaar voor dan toen en zijn parcours zal ook nu niet gemakkelijk zijn, maar hij zet stappen voorruit en zet zich enorm in om al die complexe theorieën en dynamische werkvormen onder de knie te krijgen en een diploma te halen, daar waar hij zich in thuis voelt. Hij blijft zichzelf en is klaar om te kunnen groeien. Dat stimuleren is één van de taken van een CVO en het onderwijs an sich.

Calimero moet weg

Nu is het CVO vaak ingebed in "een koepel" of "een net" en steeds afhankelijk van zijn gastheer: de campus van een middelbare school binnen een scholengroep of een gebouw van de gemeente. Zo wordt het CVO telkens gedwongen om zich aan te passen. Vaak komen ze op de tweede plaats, want het is geen leerplichtonderwijs en dus moeten ze schuiven als de dagschool ergens meer ruimte wil (infrastructuur is sowieso een probleem binnen alle scholen) en worden ze niet (h)erkend als een deel van de omgeving: wat is dat CVO nu weer? En wat doen jullie precies? Dus jullie geven hobbycursussen? Waarom kunnen jullie niet gewoon verhuizen?

Het CVO wordt nog teveel op alle niveaus stiefmoederlijk behandeld. Wat mij betreft zijn de CVO’s even belangrijk als alle andere onderwijsinstellingen. Wij geven les vanaf zestien tot zolang de volwassene bereid is samen te leren. Ik wil hier echter geen Calimeroverhaal van maken, dat irritante kuikentje heeft al voor te veel clichés gezorgd die niet werken.

Vraag maar rond aan iedereen die lessen volgde in een CVO. Een centrum voor volwassenenonderwijs doet er toe: we helpen mee aan integratie, dragen het sociaal en individueel welbevinden hoog in het vaandel en geven groeikansen. 
 
Het CVO heeft dan ook voldoende slagkracht nodig om al die volwassenen goed te kunnen begeleiden in hun zoektocht.

Eigen volwassen net

Want na je 18de stopt het leren en bijscholen en zoeken naar nieuwe perspectieven in je leven niet, dan start juist het ontwikkelen van dat wat je zelf nog niet wist, los van alle verplichtingen die je in je jeugd moest dragen. Dan worden het keuzes die je zelf maakt.
Vaak begint het pas na je 18de, dus waarom het CVO nu eens niet als een volwaardige partner zien?

Het wordt hoog tijd! Misschien zelfs om een groot eigen onafhankelijk educatief net voor volwassenen te worden. Samen aan tafel met andere partners (en niet afhankelijk van de goodwill van die partners) met zijn eigen typische opdracht, begeleiding en inspectie, breed ingezet op ontwikkeling en ondersteuning van de volwassen mens en maatschappij, een beetje zoals Kunst maken. Ja zo zie ik het CVO.



Bron hervorming:

Gerelateerde artikels:
Artikel Knack, belang CVO en levenslang leren:


Artikel VRT, stijging lerarenopleiding:

Reacties

Populaire posts

Contact

Naam

E-mail *

Bericht *